Dag 4. Mirissa-Akuressa (en Deniyaya rainforest), 29 KM.

Vandaag staat een jungletocht in het rainforest van Deniyaya op het programma. 
Ik vertrek net voor zonsopkomst, wat mij betreft mogen de anderen nog lekker lang uitslapen zodat mijn slippers wat kilometers bij elkaar krijgen.
Er valt weer veel te zien en te horen. In het eerste dorp landinwaarts (Kotawila) is er om 6 uur smorgens al een boeddhistische ceremonie gaande, in de omtrek van 5 km is er een preek te horen door de luidsprekers. Voor mij is het totale abracadabra, ik kan er geen touw aan vast knopen.
Bij een klein huiswinkeltje vraag ik een kingkokonut om te drinken, een zoon springt in een palm, klimt als een aap naar de trossen met kokosnoten. Een andere zoon vangt de kokosnoot en zo heb ik mijn vers drankje. Het is prachtig dat een blinde oma, een bezorgde moeder en twee zonen het zeer goed tezamen hebben, het lukt hun om met vijf woordjes Engels, handen en voeten en een brede glimlach een toerist het naar zijn zin te maken. Ik wil betalen maar dat mag absoluut niet, dring nog een keer aan maar het is duidelijk niet de bedoeling dat ik hun hiervoor mag betalen.
Later geef ik een oudere, onder drie lagen doeken gehuld theeplukvrouwtje het geld voor de kokosnoot, zij is zo blij als een klein kind met het geld, ik ook weer blij.
Er gebeurt nog zoveel om over te schrijven maar dat ga ik niet doen, er gaan vliegtuigen naar Sri Lanka en iedereen kan het zelf beleven.
In Akuressa zitten mijn twee medereizigers al hoog op een terrasje te wachten totdat ik aangewandeld kom, per auto gaan we verder naar de voet van het rainforest. Jungle tocht, aapje aaien, zwemmen in de rivier, familiebezoek van Asanka, tuktuk ritje, hotelletje, biertje en heerlijk slapen onder het genot van duizend verschillende rainforest geluiden.